Voor het eerst worden ondernemers en collectieven geconfronteerd met de verplichte bufferstroken die opgelegd zijn in het nieuwe Gemeenschappelijke landbouwbeleid. Deze leveren bij het invullen van de GDI/mei-telling de nodige problemen op voor landbouwers en ook voor de collectieven.
Afgesproken is dat de verplichte bufferstrook in het ANLb wordt ingetekend zoals deze landelijk is overeengekomen: 1 meter langs een niet watervoerende sloot, 3 meter breed langs een watervoerende sloot en 5 meter langs een kaderrichtlijn water sloot. Uitzondering is gemaakt voor percelen waar de rand meer dan 4% van het perceel beslaat. In die gevallen kan de strook smaller zijn.
Kaart van RVO
De werkelijkheid is anders blijkt uit de kaart van RVO. Bufferstroken op percelen verspringen van breedte in een rand en veel ondernemers hebben vragen over de breedte van de stook op hun percelen. Kortom veel onduidelijkheid!
Omdat de collectieven constant geconfronteerd worden met wijzigingen in de intekening van de bufferstroken door de deelnemer is besloten dit jaar de intekening in het ANLb beheerpakket voor bufferstroken zo veel mogelijk te baseren op de afspraken zoals hierboven zijn aangegeven. Volgend jaar als er hopelijk meer rust en duidelijkheid is over de bufferstroken kan de intekening het beheer in het ANLb contract aangepast worden.
Overigens zullen de collectieven bij de controle rekening houden met de onduidelijkheid die er rond de bufferstroken bestaat.
Erik van Moorsel (coördinator voor de Brabantse collectieven)