Namens BoerenNatuur
Onderstaande randvoorwaardes zijn nodig om in de richting te komen van de ambities die door de politiek zijn uitgesproken. Deze zijn ook per brief gestuurd naar politieke partijen zodat dit meegenomen kan worden in hun partijprogramma’s.
Om het ANLb effectiever in te zetten en uit te bouwen tot instrument voor de noodzakelijke transitie naar een natuurinclusieve kringlooplandbouw moet aan een aantal randvoorwaarden worden voldaan:
- Een bedrijfstoeslag voor bedrijven die fors inzetten op ANLb. Het leveren van groenblauwe diensten moet daadwerkelijk concurrerend worden ten op zichtte van reguliere agrarische productie. Daarvoor is een ‘plus’ op de vergoeding nodig. Vanuit ecologisch, en dus ook maatschappelijk perspectief, is het van belang dat boeren zoveel mogelijk gestimuleerd worden om te kiezen voor een combinatie van aanvullende beheerpakketten die gezamenlijk worden uitgevoerd om maximaal ecologisch effect te hebben. Een bedrijfstoeslag is nodig om de verregaande aanpassingen in de bedrijfsvoering mogelijk te maken.
- Langjarige contracten. Daarnaast vereisen verregaande structurele aanpassingen van de bedrijfsvoering langjarige contracten (15 jaar en langer), omdat boeren langjarige zekerheid nodig hebben om de benodigde bedrijfsveranderingen succesvol door te kunnen voeren.
- Monitoring van habitatkwaliteit en niet alleen van soorten. Niet alleen de doelsoorten moeten gemonitord worden, maar ook de habitatkwaliteit van leefgebieden. De gunstige staat van instandhouding van doelsoorten wordt immers door veel meer factoren beïnvloed dan alleen het ANLb. Daar komt bij dat het huidige ANLb qua omvang nu nog te beperkt is, zoals hierboven al is aangegeven.
- Goede afstemming van beleid zodat dit elkaar versterkt. Tot slot is een goede afstemming tussen alle relevante beleidsregelingen cruciaal, denk aan de mestwetgeving die voortvloeit uit o.a. het 7e Actieprogramma Nitraat en de derogatiebeschikking en uiteraard het GLB-NSP, waaronder de eco-regeling als extra instrument voor groenblauwe diensten. In plaats van regelingen die elkaar beconcurreren en een negatieve impact hebben op de deelnamebereidheid van boeren, zoals nu het geval is, hebben we regelingen nodig die elkaar juist versterken, zodat boeren gestimuleerd worden om deel te nemen in plaats van ontmoedigd.